PROTEST
WERKMANSKIND
Bedroefd, in tranen en krakelen, in ‘n achterbuurt
Om met de kinderen te spelen op straat gestuurd.
Daar kende elk haar blonde lokken en lief gelaat
Haar Venus-ingescheurde rokken: Vlees voor de straat.
De schol werd voor een fabriek verlaten: een droef spelonk.
Die daalder weeks moest Moeder baten, wijl Vader dronk
Daar werd zij lokaas voor de bazen en voor hun zoons
die als een raaf op duiven azen: Vlees voor patroons.
Met zestien jaren alreeds zwanger - een maand of vijf -
verbergen kon ze het niet langer, dus : naar een wijf,
dat voor een paar pop medicijnen en redding bracht
Door ‘t foetus stil te doen verdwijnen: Vlees voor de gracht.
Zo kwam ze weldra in het leven van vreugd en schand’
Het werken heeft ze prijsgegeven: ze lanterfant.
Eerst wilde zij zich niet verkopen, dat vond ze vuil .....
tenslotte bleef slechts één weg open: Vlees voor de kuil.
Met veertig jaren reeds bezweken aan ‘n vieze kwaal
Werd ze ergens op een bed gesmeten in ‘n hospitaal
Het vege lijf werd na haar sterven nog voorgezet
Aan de studenten om er in te kerven: Vlees voor ‘t lancet.
Gij, die haar van jongs af kende, uw schuld is groot
Gij waart de oorzaak dier ellende en van haar door.
Gij, die de vrouw slechts ziet met ogen, belust op spel
Ik noem u zonder mededogen: Vlees voor de hel
Hij liep daar in de stad, ‘s avonds laat
Plotseling aan de overkant zag hij ze staan
Iemand riep: “Je hoort niet bij ons” Mes...steeg...bijl
Denk goed na aan welke kant je staat,
Refrein:
Denk niet wit, denk niet zwart, denk niet zwart-wit
Maar in de kleur van je hart
Donker was de stad op weg naar het plein
Een taxi ... het is te laat ... het is voorbij
De jongen bloedt op de achterbank van de dodenreis
Denk goed na aan welke kant je staat
Refrein:
IK VERVEEL ME ZO (In Amsterdam Noord)
Ben je boven de 14 jaar
zegt de maatschappij: “bekijk het maar”
Regels en wetten, daar moet ik naar leven
Kansen worden er niet gegeven
Scholen en bazen die houwen me klein
Zou er een antwoord op mijn vragen zijn ?
Want ik verveel (5x) me zo in Amsterdam Noord
Ze noemen mij een vandalist
Maar als een ieder toch eens wist
Wat het is om in Noord te wonen,
‘t Kost veel tijd om in de stad te komen
Weinig kroegen en bioscopen
Alleen een tgelefooncel ..... die zullen we slopen !
Want ik verveel (5x) me zo in Amsterdam Noord
Slapend beton, ja dat is Noord.
Voor jongeren een onbewoonbaar oord
En waar we nou voor willen pleiten:
een eigen ruimte voor aktiviteiten
Zelfstandig wonen en arbeidsplaatsen
Een bioscoop, en dat niet als laatste
Want ik verveel (5x) me zo in Amsterdam Noord
Overheid, heb je ‘t nou gehoord ?
Jan vertelt over Amsterdam Noord
Blijf niet lullen, kom over het water
Nu wat doen, en niet weer later !
Breng ons eindelijk onder de pannen
Je weet ‘t allang van alle bladen
Want ik verveel (5x) me zo in Amsterdam Noord
Want ik verveel (5x) me zo in Amsterdam Noord
De Amsterdammer is zo heerlijk ongedwongen
Zo’n echte gisse, zelfbewuste stedeling
En overal voelt hij zich thuis als toffe jongen
In de penoze, bij protest en op de kring
Hij is zo geinig en apart en artistiek
Maar Amsterdam is een bananenrepubliek
‘t Is jammer, als je wordt beroofd of aangereden
Maar wie verwacht nu openbare veiligheid ?
Men heeft hier maling aan die burgerlijke zeden
Waarvoor nou wel de Telegraaf godbetert pleit
Het ligt natuurlijk weer aan de regentenkliek
Maar Amsterdam is een bananenrepubliek
Ha, u roept anathema
Ga de gegevens na en denk dan tevens na
Denk aan de misdaad en ‘t verlies van mensenlevens, ja
Dankzij de vlotte invoer van narcotica
Dan wijs ik ook nog even op de burgervader
Een sympathiek bestuurder en een man van eer
Hij doet geen aanslag op uw buik of halsslagader
Hij slaat geen mens om geld of kostbaarheden neer
Hij komt wel rond van twee maal honderdduizend piek
Maar Amsterdam is een bananenrepubliek
Het bruist en zindert langs de straten en de grachten
Van collectief en comité en vormingsgroep
Van de verknipten, de verslaafden, de verdachten
Van vandalisme, oud papier en hondenpoep
En Willem Breuker met zijn frisse volksmuziek
Maar Amsterdam is een bananenrepubliek
Ach, vergun mij dat ik lach !
Het is geen bolle lach, het is geen dolle lach,
Het is een holle lach en soms duurt hij een volle dag
Bij de gedachte aan het Amsterdams gedrag
Hé, wat vervelend, al die flauwe retoriek
En dan nog wel met die hooghartige mimiek
Zo’n Mokum 700 was toch vrij ludiek
En zijn die grachtenpanden soms niet magnifiek ?
Neem anders Orlov, wat een stijl en wat een chique
Of Jurriaans als de vleesgeworden rarekiek
En ‘t gaat toch prachtig in de Jellinek kliniek ?
Maar Amsterdam is een bananenrepubliek
ZUIDERZEE-BALLADE
Daar is het water, daar is de haven waar je altijd horen kon : we gaan aan boord
De voerman laat er nou paarden draven en aan de horizon leit Emmeloord
Opa, kijk, ik vond op zolder 'n foto van een ouwe boot.
Is dat nog van vòòr de polder, van die ouwe vissersvloot ?
Jochie, dat is een gelukkie. 'k Was dat prentje jaren kwijt
'k Heb nu weer een heel klein stukkie van die goeie ouwe tijd .....
Daar is het water, daar is de haven waar je altijd horen kon : we gaan aan boord
De voerman laat er nou paarden draven en aan de horizon leit Emmeloord
Eens ging de zee hier te keer maar die tijd komt niet weer
"Zuiderzee" heet nou "IJsselmeer"
Een tractor gaat er nou greppels graven
'k Zie aan de horizon geen schepen meer !
Kijk, die jongeman ben ikke: Ikke was de kapitein
Hiero, en die grote dikke .... dat mot Malle Japie zijn
Opa, en die blonde jongen vooraan bij de fokkeschoot ?
Opa, zeg nou wat ...... die jongen is je ome, hij is dood
In 't diepe water, ver van de haven, in die novembernacht, voor twintig jaar:
Door 't brakke water is hij begraven, maar als 'k nog even wacht zien wij elkaar.
Eens ging de zee hier te keer maar die tijd komt niet weer
't water leit nou achter de dijk.
Waar eens de golven het land bedolven, golft nu een halmenzee ..... de oogst is rijk !
IJMEER-BALLADE
Opa, kijk ik vond op zolder 'n kaartje van een heel oud plan
Mij lijkt het je reinste kolder! Weet u daar misschien iets van ?
Jochie, dat is dat belegen, achterlijke plan Nieuw Oost
Daar was iedereen op tegen. En je opa was het boost
“Wij willen heien" zei de gemeente "Wij willen woningen" riep het bestuur
Maar wij, wij zeien: "Wee je gebeente : Dat wordt het einde van een stuk natuur !"
"En ging dat plan toen niet door ?" "Ja, wij zorgden ervoor
Dat die nieuwe wijk er niet kwam
Wij bleven vechten tegen dat slechte en dure dempingsplan van Amsterdam."
"Kom, dan gaan we samen lopen langs de eeuwenoude dijk.
Jongenlief, mijn hart gaat open als ik naar het water kijk"
"Opa, dus hier in het Ijmeer wilden ze een zee van flats ?"
"Jochie, dat was volgens mij meer winstbejag en dom geklets
De winden blazen, de bootjes deinen, de blauwe lucht is een lust voor het oog.
Deze oase mag nooit verdwijnen onder een zeewoestijn van twalef hoog.
Wie dit fantastisch gebied maar een ogenblik ziet
staat meteen in vuur en in vlam
Weg met Nieuw Oost, dus en jongen, proost dus !
Weg dat vervloekte plan van Amsterdam !
ZONDEBOK
Fokken, treiteren, plagen of pesten
da’s het beste van de meest gestresste
Elk klaslokaaltje heeft zijn eigen pispaaltje
Ben je anders dan de rest: nou dan baal je
Ze halen het bloed onder je nagels vandaan
Ze vinden ‘t tof om met z’n allen tegen één te gaan
en zo hun eigen fouten maar te projecteren
en hun eigen stommiteiten en fouten te maskeren
Het is trieste onzekerheid
Dus sta es effe stil en neem de tijd
Om te zien wat jij nu doet, want je weet: het is niet goed
wat een ander voor jouw frustraties doet
Kan je niet stoppen met het fokken van die zondebokken
Kan je niet stoppen met dat fokken ?
Kan je niet stoppen met het fokken van die zondebokken
Nodeloos! Sterf aan de pestpokken !
Je hebt geen idee hoe je iemand kunt kwetsen
Met het pesten, tot ze jou de bal terug ketsen
Onder grote woede zal die exploderen
En je eigen daden zullen zich tegen je keren.
Dat is de ziekte van de zondebok-theorie
Dus stop met die domme fok-tyrannie
Je doet wel zelfverzekerd, maar dat weet je zelf niet
Want diep in je hart wens je die ander geen verdriet.
Maar je bent een meeloper, dus je blijft maar pesten
Zelf bang, dat de ander zich op jou zal testen.
En als je echt lef hebt, dan stop je met die ongein
En vertelt je mede-plaaggeesten dat ze dom zijn
Maar ben je te laat, dan blijf ik hopen
dat je op een dag nog tegen de verkeerde zal lopen
Maar ben je te laat, dan blijf ik hopen
dat je op een dag nog tegen de verkeerde zal lopen
LIEFDESLIEDJES
EEN BEETJE VERLIEFD
In een discotheek zat ik van de week
en ik voelde mij daar zo alleen
‘t Was er warm en druk; ik zat naast een lege kruk
Ik verlangde zo naar jou, hier aan mijn zij
Ja, ik denk nog steeds hoe het was geweest
Toen je naast me zat, hier aan de bar
Ik vroeg:”/Drink je mee ?” Dat vond jij O.K.
Toen je proostte, naar me keek, werd ik zo wee
Een beetje verliefd ... ik dacht een beetje verliefd
Als ik wist wat jij toen dacht had ik nooit op jou gewacht
Als een kind zat ik te dromen: deze nacht ben jij voor mij
maar die droom ging snel voorbij ......
Jij stond op en zei: “hou mijn plaatsje vrij;
Ik moet even weg, maar ben zo terug”
Ach, die kruk bleef leeg, tot ik in de gaten kreeg
Dat je wegging zonder mij: ik was weer alleen
DROMEN ZIJN BEDROG
Steeds als ik je zie lopen dan gaat de hemel een klein beetje open
Sterren, je laat ze verbleken met je ogen die altijd stralen
Jij kan de zon laten schijnen
want je loopt langs en de wolken verdwijnen
En als je lacht, lacht heel de wereld mee
De meeste dromen zijn bedrog
Maar als ik wakker word naast jou dan droom ik nog
Ik voel je adem en zie je gezicht
je bent een droom die naast me ligt
Je kijkt me aan en rekt je uit:
één keer in de zoveel tijd komen dromen uit
Jij moet me een ding beloven: laat me lang in mijn dromen geloven
Zelfs als je even niet hier bent blijf in m’n slaap dan bij me
En als de zon weer gaat schijnen
laat dan dat beeld dat ik heb niet verdwijnen
Als je zou gaan, neem m’n dromen mee
IK WIL NIET DAT JE LIEGT
De liefde die ik tussen ons had voorgesteld
was eeuwig, jij mijn ridder op het witte paard
trouw tot in de dood het was me zoveel waard
‘k weet zelfs niet of je leeft,je hebt niet opgebeld
Het zullen wel weer vrienden zijn of autopech
of dat je had gebeld maar ik was in gesprek
Het nog een keer proberen vind ik echt niet gek
Ik zie het in je ogen: je moet weg....goed, luister:
‘k Wil niet dat je liegt, ik wil niet dat je me bedriegt
ik hoor de twijfel in je stem: jij houdt van mij maar ook van hem
Ik wil nu dat je eind’lijk kiest, ik wil nu weten wie verliest.
En wie je kiest ... ik leg me neer, ik wil alleen geen leugens meer
geen leugens meer.
Vanmorgen ben ik in mijn eentje opgestaan,
het bed was leeg, je bent vannacht niet hier geweest.
Je zal wel weer zijn blijven hangen op een feest
zo gaat het al een tijd: ik wen er langzaam aan
De reden die je hebt voor je afwezigheid
is meestal ondoordacht en dertien in dozijn
Ik slik ze elke keer weer en doorsta de pijn
ik heb zo’n voorgevoel: ik raak je kwijt, dus vraag je:
‘k Wil niet dat je liegt, ik wil niet dat je me bedriegt
ik hoor de twijfel in je stem: jij houdt van mij maar ook van hem
Ik wil nu dat je eind’lijk kiest, ik wil nu weten wie verliest.
En wie je kiest ... ik leg me daarbij neer,
ik wil alleen geen leugens meer, geen leugens meer.
HET IS EEN NACHT
Je vraagt of ik zin heb in sigaret
Het is twee uur 's nachts, we liggen op bed
In een hotel in een stad, waar niemand ons hoort
Waar niemand ons kent en niemand ons stoort
Op de vloer ligt een lege fles wijn
En kledingstukken die van jou of mij kunnen zijn
Een schemering, de radio zacht en deze nacht heeft alles
Wat ik van een nacht verwacht
Het is een nacht, die je normaal alleen in films ziet
Het is een nacht, die wordt bezongen in het mooiste lied
Het is een nacht waarvan ik dacht dat ik hem nooit beleven zou
Maar vannacht beleef ik hem met jou
Ik ben nog wakker en staar naar het plafond
En denk aan hoe de dag lang geleden begon
Het zomaar er vandoor gaan met jou
Niet wetend waar de reis eindigen zou
Nu lig ik hier in een wildvreemde stad
En heb net de nacht van mijn leven gehad
Maar helaas er komt weer licht door de ramen
Hoewel voor ons de wereld vannacht heeft stilgestaan
Het is een nacht, die je normaal alleen in films ziet
Het is een nacht, die wordt bezongen in het mooiste lied
Het is een nacht waarvan ik dacht dat ik hem nooit beleven zou
Maar vannacht beleef ik hem met jou
Maar een lied blijft slechts bij woorden
De film is in scene gezet
Maar deze nacht met jou is levensecht
Het is een nacht, die je normaal alleen in films ziet
Het is een nacht, die wordt bezongen in het mooiste lied
Het is een nacht waarvan ik dacht dat ik hem nooit beleven zou
Maar vannacht beleef ik hem met jou
En ik hou alleen nog maar van jou
En ik hou alleen nog maar van jou
SUZANNE
We zitten samen in de kamer en de stereo staat zacht
En ik denk: nu gaat ‘t gaat gebeuren hierop heb ik zo lang gewacht
Niemand in huis, de deur op slot
Mijn avond kan niet meer kapot
Suzanne (3x) ik ben stapelgek op jou
Ik leg mijn arm om haar schouder streel haar zachtjes door haar haar
‘k kan het bijna niet geloven zachtjes kussen wij elkaar
en opeens gaat de telefoon:
een vriendelijke stem aan de andere kant van de lijn
verontschuldigt zich voor het ‘verkeerd verbonden’ zijn
en ik denk bij mijzelf: waarom nu? waarom ik? waarom?
‘k ga maar weer opnieuw beginnen ‘k zoen haar teder in haar nek
maar de hartstocht is verdwenen en ze reageert zo gek
ze vraagt of er nog cola is, en ik denk .... nu is het mis ....
We zitten nog steeds in de kamer met de stereo op tien
‘t zal nu wel niet meer gebeuren, dus ik hou het voor gezien
Ze zegt: ‘ik denk dat ik maar ga’
ze zegt: ‘tot ziens’ en ik zeg ‘ja’
ZELFS JE NAAM IS MOOI
Als jij je kleren aantrekt, zonder haast
En haast zonder erbij na te denken
Kijk ik naar een omgekeerde striptease
Van een volmaakte schoonheid
Elke handbeweging, een gedicht
Elke buiging als een roos die sluit
O schat van mij, o hemels hoge ster
Zelfs jouw schaduw kan mij verblinden
Dus ga niet weg
Ga nooit bij me weg
Maar als je ooit verdwijnt
Laat mij je dan weer vinden
Zolang ik jou heb, bij me heb
Heb ik de volmaakte liefde lief
Drink ik uit een pure waterbron
En slaap onder een deken van geluk
Jij bent het goudste zonlicht
Een volmaakt helder kristal
Zo schitterend dat het licht ervan
Me soms dreigt te verblinden
Maar ga niet weg
Ga nooit bij me weg
En als je ooit verdwijnt
Laat mij je dan weer vinden
Zelfs je naam is mooi
Mooier dan die van iedereen
Die dezelfde naam heeft
Zelfs je naam is mooi
Mooier dan die van iedereen
Dus ga niet weg
Ga nooit bij me weg
Maar als je ooit verdwijnt
Laat mij je dan weer vinden
Julia
HOU ME VAST
Niemand weet waarom de dag weer nacht wordt
niemand weet waarom de zon nog schijnt
niemand weet waarom de kille wind nog waaien zou
maar ik weet dat ik van je hou
Niemand weet waarom er sterren vallen
niemand weet waarom de dood ons volgt
niemand weet waarom er mensen slapen in de kou
maar ik weet dat ik van je hou
Hou me vast, leg m'n hoofd lief op je schouder
hou me vast, streel me zachtjes door m'n haar
hou me vast, soms wordt het allemaal eventjes te veel
en bij jou zijn, is dan alles wat ik wil
Niemand weet waarom geluk soms wegwaait
niemand weet waarom een bloem verwelkt
niemand weet waarom jij de enige bent die ik vertrouw
maar ik weet dat ik van je hou
Hou me vast, leg m'n hoofd lief op je schouder
hou me vast, streel me zachtjes door m'n haar
hou me vast, soms wordt het allemaal eventjes te veel
en bij jou zijn, is dan alles wat ik wil
Vraag me niets, zeg me niets, sla je armen om me heen
praat niet met me, hou me stevig vast
woorden schieten toch te kort, als ik m'n hart bij jou uitstort
praat niet met me, hou me stevig vast
Hou me vast, leg m'n hoofd lief op je schouder
hou me vast, streel me zachtjes door m'n haar
hou me vast, soms wordt het allemaal eventjes te veel
en bij jou zijn, is dan alles wat ik wil |